Capoeira Geschiedenis
Capoeira is een unieke krijgskunst die in de 16e eeuw in Brazilië is ontstaan. Het is een samensmelting van dans, acrobatiek en muziek die zijn wortels heeft in Afrika en werd ontwikkeld door tot slaaf gemaakte Afrikanen in Brazilië. De oorsprong van capoeira gaat terug tot de tijd dat de Portugezen begin 1500 begonnen met het vervoeren van tot slaaf gemaakte Afrikanen naar Brazilië. Deze tot slaaf gemaakte Afrikanen brachten een rijk cultureel erfgoed met zich mee, waaronder traditionele muziek, dans en vechtsporten.
Om de band met hun cultureel erfgoed te behouden, begonnen de tot slaaf gemaakte Afrikanen in het geheim hun traditionele krijgskunsten te beoefenen. Ze vermomden hun vechtsporttraining vaak als dans om ontdekking door hun meesters te voorkomen. Deze praktijk leidde tot capoeira, dat wordt gekenmerkt door zijn vloeiende, acrobatische bewegingen en het gebruik van een muziekinstrument genaamd de berimbau.
Eeuwenlang bleef capoeira een geheime activiteit die werd beoefend door tot slaaf gemaakte Afrikanen en hun nakomelingen. Pas in de 19e eeuw begon capoeira aan populariteit te winnen onder de algemene bevolking van Brazilië. Gedurende deze tijd kwamen veel capoeira-meesters naar voren en begonnen de kunst openlijk te onderwijzen. Ze begonnen ook een nieuwe stijl van capoeira te ontwikkelen die meer acrobatisch was en gericht op prestaties.
Capoeira werd echter nog steeds niet algemeen aanvaard door de Braziliaanse regering en samenleving. Het werd vaak geassocieerd met misdaad en geweld en was in sommige delen van het land zelfs verboden. Desondanks werd capoeira van generatie op generatie doorgegeven en uiteindelijk kreeg het in het begin van de 20e eeuw erkenning als een legitieme krijgskunst.
In de jaren dertig opende een man genaamd Mestre Bimba de eerste capoeira-academie in Brazilië. Hij speelde een belangrijke rol bij het ontwikkelen van een nieuwe stijl van capoeira, bekend als “Capoeira Regional”, waarin elementen van traditionele capoeira, boksen en andere vechtsporten werden verwerkt. Deze nieuwe stijl hielp capoeira te legitimeren en toegankelijker te maken voor de algemene bevolking.
Na de Tweede Wereldoorlog begon capoeira zich naar andere landen over de hele wereld te verspreiden. Veel Braziliaanse immigranten brachten capoeira mee naar andere delen van Zuid-Amerika, Europa en Noord-Amerika. In de jaren zestig en zeventig won capoeira ook aan populariteit in de Verenigde Staten onder de Afro-Braziliaanse en Afro-Amerikaanse gemeenschappen.
Tegenwoordig is capoeira een populaire krijgskunst die wordt beoefend door mensen van alle leeftijden en achtergronden over de hele wereld. Het is geëvolueerd naar verschillende stijlen en variaties, maar de traditionele elementen van muziek, dans en acrobatiek blijven de kern. De moderne vorm van capoeira wordt gekenmerkt door zijn vloeiende, acrobatische bewegingen en het gebruik van een muziekinstrument genaamd de berimbau.
Capoeira wordt niet alleen gezien als krijgskunst, maar heeft ook een belangrijke culturele en maatschappelijke betekenis. De kunstvorm is niet alleen een manier om fysieke kracht en flexibiliteit te ontwikkelen, maar ook om verbinding te maken met iemands cultureel erfgoed, en het wordt gebruikt als een hulpmiddel voor gemeenschapsvorming, cultureel behoud en sociale verandering. De muziek, dans en acrobatiek van capoeira zijn gebruikt om culturele uitwisseling, gemeenschapsvorming en educatieve programma’s op scholen en gemeenschappen over de hele wereld te promoten.
Concluderend, capoeira is een unieke krijgskunst die zijn wortels heeft in Afrika en is ontwikkeld door tot slaaf gemaakte Afrikanen in Brazilië. Het is ontwikkeld als een manier om vechtvaardigheden in het geheim te oefenen en om een band met hun culturele erfgoed te behouden. Capoeira werd in het begin van de 20e eeuw officieel erkend als krijgskunst en heeft zich sindsdien verspreid naar vele landen over de hele wereld. Tegenwoordig is capoeira een populaire krijgskunst die door mensen van alle leeftijden wordt beoefend.